Geduldige Marokkaanse sferen in Rotterdam

De kip Bastilla van chef Mounir Toub. Verrukkelijk.

Het is net 13.00 uur en half Rotterdam zit al aan de witte wijn. In de Van Oldenbarneveltstraat dan. Hier is vandaag Proeft Rotterdam 2017. En met een zonnige zondag weet de Rotterdammer wel raad. Die doet net alsof hij in Frankrijk of Italië leeft, en neemt een glas wit bij de lunch. Of zonder lunch. Dat is zo mooi aan die eetfeestjes, je eet de hele dag door kleine mooie gerechtjes. En dat moet wel zwemmen natuurlijk. ‘Soep moet heet zijn’, zei mijn grootmoeder elke zondag als ik daar als kleine jongen op bezoek was. ‘Wit moet koud staan’, zou ik nu antwoorden.

Per fiets zak ik in zuidelijke richting af naar het Museumplein. Dit weekend is het plein omgetoverd tot Djemaa el Fna.

Het echte Djemaa el Fna-plein ligt in de Marokkaanse stad Marrakesh. Een plek vol marktkramen, eettentjes en straatartiesten. En het is, laat ik me door een stel bezoekers uit Weert vertellen, zeker 4 keer zo groot als het Museumpark. ‘De Djemaa is ook belangrijk als ontmoetingsplek’, vertellen de Limburgers. Een soort dorpspomp dus, maar dan heel groot.

Helemaal uit Weert naar Rotterdam

Precies dat is het in Rotterdam ook. Veel kraampjes en eettentjes hebben hun eigen muziek op staan en samen vormt het een heerlijke kakofonie van geluid. De witte wijn is omgeruild door muntthee. Culinair en cultureel is er een heel programma. Van workshop bara maken tot kosjere tongenworst proeven. Van spoken Word artiesten tot voorleessessies voor kinderen.

Workshop bara maken levert nieuwe inzichten op bij de deelnemers

Culinair en literair komt samen in het kookboek van kok Mounir Toub en Rotterdams stadsdichter Derek Otte. Bij de presentatie van zijn kookboek vertelt Toub over de mooie samenwerking met Otte. ‘Het is heel ongewoon om in een kookboek gedichten toe te voegen. In ons boek staan 20 van de nieuwste versjes van Derek’. Otte corrigeert: ’20 verste versjes.’ Of Otte een favoriet gerecht heeft, vraagt de presentatrice. ‘Bastilla kip.’ Toub haakt direct aan: ‘Bladzijde 177’.

Derek Otte en Mounir Toub

Verder is er live muziek, circus- en dansacts en een programma voor kinderen. Het valt me op dat vooral de jongeren er tot in de puntjes verzorgd uit zien. De dames goed in de make-up, de heren strak gekapt. En de modemaat van de zonnebril is XL dit jaar.
De rij voor de entree wordt langer en langer, gedurende de dag en avond. Maar de Djemaa zuigt het allemaal geduldig op.

Was dat niet een oud premier, die het eens had over de Hollandse koopmansgeest? Hier weten de handelaren achter de marktkramen daar wel raad mee. ‘Gaat u reclame maken?’, vraagt een marktkoopman in lederwaren mij vriendelijk als ik een foto wil maken. Hij poseert er nog even extra mooi bij.

‘Gaat u reclame maken?’

En als ik tussen de rookwolken door een foto maak van de barbecuemeester van Laadid Cuisine steekt hij zijn duim omhoog. ‘Dankjewel baas!’ Met de Rotterdamse humor en koopmansgeest zit het wel goed hier. Helemaal thuis voel ik me wanneer ik een Marokkaans broodje gekruid gehakt bestel: ‘Alles erop en eraan?’

Is er dan helemaal geen kritische noot? Toch wel. Ik spreek 5 vriendinnen waarvan er eentje zich zorgen maakt. ‘Er zijn te weinig Hollanders, een beetje meer multi-culti zou wel mogen. En te weinig ouderen. Ik ben bang dat het over een paar jaar alleen nog maar voor jongeren is die elkaar hier willen ontmoeten.’

Er flaneren inderdaad groepjes vrienden en groepjes vriendinnen, vast in de hoop op contact. Maar een van de vriendinnen weerlegt onbedoeld die kritiek als ze bij mij een oproep plaatst: ‘Ik ben nog single meneer, zet dat maar in uw bericht!’ Daar moeten de dames dan weer vreselijk om lachen.

Door Peter Snaterse van BeeldinZicht

Opluchting na de lange rij

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

LinkedIn
LinkedIn
Share
Don`t copy text!